© Niko Bloemendal / Bloemendal Fotografie Deze Peugeot Champion du Monde is uit midden jaren '70. Het is eigenlijk een racefiets, maar hij is wat comfortabeler gemaakt met spatborden, verlichting en een originele fietsbel. Deze laatste hoort niet bij de fiets, maar het maakt het plaatje wel mooi compleet.
Niko Bloemendal / Bloemendal Fotografie
0 Comments
© Kees-Jan Smit Nu de gele Break in de winterstalling staat verschuift de aandacht voor autoklusjes naar mijn eend. Dit jaar had ik bedacht dat ik iets aan de stand van de koplampen wilde veranderen. De ingreep is puur esthetisch want het enige wat ik wil is ze iets verder naar binnen plaatsen, dichter tegen de motorkap aan. Net zoals bij de oude eendjes. Eendelijke geschiedsvervalsing plegen is vragen om ethische problemen. Voor puristen is elke wijziging in het origineel een gruwel. Ik ben niet zo'n purist maar ik probeer de aanpassingen die ik doe wel subtiel te houden. Voor mij persoonlijk dus wel een smallere koplampsteun, maar niet de oude koplampen met lichtverklikkertjes op de bovenkant. Wel het oude grilletje met de grote chevrons, maar niet een jaren '50 ribbelkap.
Bij de eend zijn de koplampen bevestigd op een steun die onder de motorkap doorloopt. Toen Citroën in 1974 besloot dat er op sommige uitvoeringen van de eend rechthoekige koplampen moesten komen, moest de koplampsteun aan beide kanten 40 mm breder worden gemaakt. Anders paste de rechthoekige koplampen niet, die zijn namelijk breder dan de ronde. De eenden met ronde koplampen kregen vanaf toen ook standaard de bredere koplampsteun wat resulteerde in dat de ronde koplampen wat verder uit elkaar kwamen te staan. Zo ook bij mijn 2cv6, die in mei 1981 uit de fabriek in Parijs kwam. En er is niks mis met de brede koplampsteun, net zoals er helemaal niks mis is met rechthoekige koplampen op een eend. Maar bij het bestuderen van foto's van jaren '60 eenden kwam ik telkens weer tot de conclusie dat ronde koplampen zo dicht tegen de motorkap eigenlijk zoveel mooier zijn. De aanblik van voren wordt strakker. De spatborden lijken breder en de snuit lijkt smaller. Het klopt beter. Dat wilde ik graag op mijn eend ook zo. Smalle koplampsteunen worden niet vaak aangeboden en aangezien mijn brede steun nog prima was heb ik besloten om die in te laten korten. Het demonteren is een fijn uurtje sleutelen en de steun staat naast de eend. Eendengarage Sander Aalderink heeft het slijp- en laswerk gedaan en afgesproken was dat ik de ingekorte steun zelf zou lakken. Twee lagen primer en drie lagen Gris Rosé en het zag er weer mooi uit. het monteren deed ik ook fluitend en de eerste keer de motorkap voorzichtig (want hij gaat nu vlak langs de koplampen) dichtdoen was een klein feestje. Wat mooi, precies zoals ik het eigenlijk al 23 jaar wilde. Kees-Jan Smit © Collection Henri Vermeer Zo'n parkeerschijf is toch maar een handige manier voor een fabrikant om een band met zijn klant te scheppen. Het 'plus longtemps' zal op de levensduur van de Michelin ZX-banden hebben geslagen en niet op een verlenging van de toegestane parkeertijd.
Henri Vermeer © Kees-Jan Smit Via de oproep van meneer Route Nationale zelf om de geschiedenis van zijn Peugeot 204 te achterhalen, herinnerde ik me de brief die ik ooit kreeg van de vorige eigenaresse van mijn Eend.
De Eend heeft voor mij twee eigenaressen gehad, twee zussen. De eerste (mevrouw Makkes van der Deijl) kocht de Eend in 1981 nieuw bij Citroëndealer Hoogeveen in Haarlem en zij heeft 'm vijf jaar gehad. Meteen werd er een extra 'bagagekontje' (een accessoire destijds, een plastic bak die aan de kofferruimte kon worden geschroefd zodat er meer bagage meegenomen kon worden) bij besteld want de familie hield erg van reizen en kamperen. Bij de brief zitten een paar kopiën van vakantiefoto's met de eend waarop het bagagebakje goed te zien is. 1981 naar Tsjechoslowakije, 1984 naar Carcassonne en de Spaanse Pyreneeën. Ze schreven me nog dat in deze eerste vijf jaar het dak twee keer was opengesneden en dat de Eend een keer gestolen is (en gelukkig weer snel teruggevonden in Amsterdam). In 1986 ging de auto door naar Elvira van Dijk uit Laren, de zus van de eerste eigenaresse. Haar dochter schreef mij enkele herinneringen die zij nog had aan de Eend. Over het zwarte skai op de bankjes dat 's zomers zo heet werd dat het pijn deed aan je blote benen, over het grappige pookje met het zwarte bolletje om mee te schakelen en over het linker klapraampje dat niet goed sloot en dus om de haverklap openwaaide. Bij deze zus was de Eend drie jaar, zij ruilde 'm in '89 in bij Citroëndealer Dereumaux in Waalre voor een knalblauwe AX waar ze ten tijde van het schrijven van de brief (1996) nog steeds mee reed. In 1989 kreeg ik de Eend van mijn ouders als eerste auto en zoals bekend heb ik 'm nog steeds. Kees-Jan Smit © Tim van Essen Gisteren was het precies 39 jaar geleden dat Éclair, onze witte Peugeot 204 Berline, in Nederland op kenteken werd gezet. En hoewel ze dus waarschijnlijk al die jaren in Nederland verbleven heeft, weten we maar bar weinig over haar verleden. Haar vorige eigenaar uit Sint Nicolaasga in Friesland kocht haar in 2005 in geschorste staat van iemand in het Drenthse Valthermond. Éclair bleef in de periode 2005 tot 2010 ook geschorst. De achterschermen werden vervangen en de binnenbekleding verwijderd. Ook technisch kreeg ze wat extra aandacht. In de periode 2010-2012 werd sporadisch een mooiweer-ritje met haar gemaakt. Toen ik haar in maart dit jaar kocht, stond er 88.000 kilometer op de teller. Na inspectie door Edward van Peugeauto bleek ze nog erg hard te zijn en technisch in orde.
Hoe het leven van Éclair er van 13 december 1974 tot pakweg 2005 heeft uitgezien, is dus nog in nevelen gehuld. Bij welke garage werd ze ooit afgeleverd, wie waren haar eigenaren, zijn er nog mooie foto's uit die periode? Ook de archieven van Peugeot Nederland en de RDW boden geen duidelijkheid. Weet u meer? Neem dan even contact op. Alle informatie is welkom! Henri Vermeer © Milan van Lange Bij aankoop van de Peugeot 403 was de staat van de koplampen al iets dat mij stoorde. De spiegels waren helemaal dof en roestig, waardoor het lichtbeeld minimaal was. In het begin dacht ik nog 'even' nieuwe te zoeken en te monteren.
Dat bleek echter makkelijker gezegd dan gedaan. Het probleem was dat mijn 403 Ducellier koplampen heeft, en veel andere 403's geleverd zijn met Marchal en Cibie koplampen. Na het proberen van acht verschillende 403-koplampen kwam ik er achter dat ik toch echt alleen uit de voeten kon met de originele Ducellier's. Juist het type dat ik nodig had, bleek zo goed als onvindbaar te zijn… Ik ben zelfs naar de beurs van Reims afgereisd in oktober om de goede lampen te zoeken, maar helaas. Na weer vier sets andere lampen geprobeerd te hebben (proberen kan altijd, toch?) had ik eindelijk de juiste lampen te pakken. Via internet bestelde ik meteen twee nieuwe exemplaren, en ik dacht dat hiermee eindelijk het koplamp-debacle ten einde was. Maar helaas, hoewel deze nieuwe lampen wel in de voorschermen pasten, kreeg ik de originele bolle 'peertjes' er niet in. Toen heb ik maar de knoop doorgehakt, en besloten moderne H4-pitten met bijbehorende aansluitingen te laten inbouwen. Gelukkig is het eindresultaat verbluffend: twee prachtige heldere koplampen met een lichtopbrengst waar je 'u' tegen zegt! Milan van Lange |
BlogsBelevenissen met de Franse klassieker, ontmoetingen met liefhebbers, restauratie-projecten en trouvailles langs de route. Index
All
Archives
April 2020
|
|
© www.routenationale.com 2010-2017
|